Pesten is in mijn werk als externe vertrouwenspersoon misschien wel het meest onderbelichte onderdeel van psychosociale arbeidsbelasting (PSA). Het woord pesten dekt in mijn ogen niet de lading. Je bent een ‘pestkop’ klinkt nog wat onschuldig. Toch is pesten allesbehalve onschuldig en als vertrouwenspersoon zie ik hoe groot de impact is op hoe iemand (soms zelfs een leven lang) functioneert. De week tegen het pesten blijft dus hard nodig.
Pesten (zowel offline als online) is een vorm van agressie waarbij herhaaldelijk wordt geprobeerd iemand fysiek, verbaal of psychologisch te beschadigen. Pesten is een proces waar verschillende personen een rol hebben. Niet alleen diegene die pest, is schuldig maar ook diegene die wegkijken en toekijken zijn schuldig. Pesters hebben vaak een sterkere sociale positie dan de gepeste of proberen die te versterken door anderen te kleineren. De toekijkers zijn dan ook vaak bang om hun mond open te doen, want voor je het weet, zijn de rollen omgedraaid. Maar pesten is niet onschuldig en zou in mijn ogen veel meer als intimidatie of geweld aangemerkt moeten worden. En even voor alle duidelijkheid, pesten kan iedereen overkomen. Diegene die gepest wordt, zoekt de reden vaak bij zichzelf. Pesters vinden wel een reden (alsof het dan dus ok is) om hun gedrag te verklaren.
Hoe komt het dat pesten zo lastig op te sporen is en wat maakt het niet eenvoudig om te bespreken? En hoe herken je pesten op de werkvloer, op school, op de sportclub? Misschien moeten we beginnen de impact van pesten niet meer te onderschatten en het niet standaard afdoen als een grap ‘op het randje’ en ‘je moet er maar tegen kunnen’. Maak pesten bespreekbaar, maak de impact bespreekbaar, leg uit dat je als toeschouwer ook een rol hebt.
Als je naar de cijfers kijkt, kunnen we constateren dat aandacht over dit onderwerp belangrijk is. Jaarlijks worden 350.000 kinderen gepest (!), een kwart van werkend Nederland (2,3 miljoen medewerkers) geeft aan te maken te hebben met treiteren, roddelen, uitlachen, buitensluiten en ander akelig gedrag. En om nog wat cijfers te benoemen: 11% van de mensen die wordt gepest, durft niets te zeggen over het pesten uit angst de baan te verliezen of niet geloofd te worden. 15% stelt dat de werkgever/leidinggevende minder tegen pesten optreedt dan voor de coronacrisis. En 13% wordt gepest door de leidinggevende zelf. En pesten zorgt voor 4 miljoen extra verzuimdagen.
Het meest belangrijk is om het regelmatig te bespreken want 95% van werkgevers en werknemers maakt pesten nooit bespreekbaar. Zorg daarnaast voor een veilige plek waar medewerkers (maar ook leerlingen en sporters) kunnen melden. Juist in dit geval is meten – weten. Pas als je weet wat er speelt, kan je actie ondernemen. Als vertrouwenspersoon zie ik het bespreekbaar maken van ongewenst gedrag (dus niet alleen pesten maar ook (seksuele)intimidatie, geweld, discriminatie) als een van mijn voornaamste taken. Want bedenk dat als we blijven roepen dat het bij ‘ons’ niet gebeurt, we het diegene die het ondervindt wel heel moeilijk om op te staan en het te melden. Besef ook dat pas als we hierover een gesprek durven te voeren met elkaar, we er pas echt wat aan kunnen doen.
Annemieke Kirch
Neem contact op